Deze week is de uitslag van de Interphone studie bekend gemaakt. Het vreemde is dat de ene media verslaat over dat er geen verband tussen kanker en mobiele telefonie is gevonden en de andere media juist wel een verband ziet. Vooral omdat het juist de onderzoekers zelf zijn die zich een ongeluk zijn geschrokken over wat ze vonden. Wat ik vind is dat er voorbij wordt gegaan aan een heel ander feit.
Een tijdje nadat ik merkte dat ik gevoelig werd voor elektromagnetische velden kreeg ik in 2003 als advies om een voedingssupplement te gaan gebruiken dat mij zou kunnen helpen.
Dit is supplement op basis van sporenelementen dat wordt gebruikt om de transmissie van de signalen in de hersenen te vergemakkelijken. Volgens degene die het voorschreef was mijn “telefooncentrale in de hersenen” overbelast en zou dit middel voor rust in mijn hoofd zorgen. Het bleek te doen wat werd beloofd. Mijn hoofd werd rustiger en de effecten van de straling minder. Maar een echte oplossing was het niet.
Uiteindelijk ben ik gestopt het te gebruiken omdat een mijn acupuncturist de hoeveelheid zout niet vertrouwde. Dat kon volgens de Chinese Acupuncturist nooit gezond zijn voor de nieren. De achterliggende gedachte voor het voorschrijven van dit supplement was dat onze voeding steeds minder sporenelementen bevat. Maar we hebben deze sporenelementen wel nodig. Met name voor de processen in onze hersenen. De zoutdruppels bevatten enorm veel sporenelementen en mineralen. Dit kan (tijdelijk) een oplossing zijn als er tekorten zijn ontstaan.
Zoals met elk middel dat ter genezing wordt gebruikt is het verstandig eerst een deskundige te raadplegen. Van huis(artsen) hoeven EHS-ers niets te verwachten, een enkeling daargelaten, dus zoek verder tot je iemand vind die je wel kan helpen. In mijn geval was dat een magnetiseur aangesloten bij het NFPN. Zij zijn ook op de hoogte van het probleem van elektromagnetisme omdat ze dagelijks de uitwerking ervan in hun praktijk zien.